Cholesterol kan zeer verhoogd zijn bij lupus dus moet worden uitgesloten. Zelf heb ik een zeer laag cholesterol gehalte overigens, maar heb ook geen lupus ook al denken ze nog steeds van wel.
Vaak zie je bij lupus ook trombose achtige verschijnselen en daarom wordt ook cholesterol mee geprikt. Daarbij zie je ook vaak aderverkalking in de bloedvaten bij lupus patienten, daar zet zich de cholesterol tegen af.
Zie meer op:
http://www.lupus-medischepraktijk.nl/lmp_13.htm
Nee, niet altijd hoeft je ANA afwijkend te zijn, maar ik had bijv. wel bij een opvlamming een meer verhoogde waarde waarde van boven de 1200, normaal zit de ANA bij mij altijd op de 1/360 en is gespikkeld, dus dat is al lichtelijk verhoogd.
Soms zie je geen pos ANA en bij gezonde mensen kan je ook een pos ANA vinden en ook veel ME ers hebben een pos ANA. Ook andere immuunziekte kunnen een pos ANA geven.
LUpus wordtvastgesteld door de strenge ARA criteria`s:
De 14 ARA-criteria uit 1971 riepen bij onderzoekers veel reacties op. Bijvoorbeeld: de ANA-test was niet meegenomen. Een onderzoeker stelde vast dat slechts 57% van de SLE-patiënten, bij hun eerste bezoek aan zijn kliniek, aan de criteria voldeed.
In 1978 deed dr. Cánoso een literatuur-onderzoek en stelde vast dat een groot aantal onderzoekers de ARA-criteria had gebruikt als diagnostisch instrument in plaats van de criteria te gebruiken als een classificatie hulpmiddel .
In 1979 werd een commissie ingesteld om de aanwijzingen van de onderzoekers te evalueren. In 1982 werden de herziene ARA-criteria gepubliceerd. Het Raynaud fenomeen en alopecia (kaalheid) kwamen niet meer op de lijst voor. De ARA-criteria van 1982, voor wetenschappelijk onderzoek, zien er als volgt uit:
1. Erytheem in het gezicht
Vlakke of verheven huiduitslag op de neusrug en wangen; kan ook eenzijdig zijn (meestal in de vorm van een vlinder).
2. Discoïde Lupus
Verheven rode plekken op de huid, soms schilferig, eventueel gepaard gaande met atrofische littekenvorming; kunnen overal op het lichaam aanwezig zijn.
3. Overgevoeligheid voor (zon)licht
Huiduitslag met name op de aan (zon)licht blootgestelde huid.
4. Zweertjes: in de mond of keel, meestal niet pijnlijk.
5. Artritis
Gewrichtsontstekingen of gewrichtspijnen, zonder dat daarbij beschadiging van het kraakbeen of bot voorkomt (twee of meer gewrichten van de ledematen moeten erbij betrokken zijn voordat dit als criterium wordt meegerekend).
6. Serositis: ontsteking van:
a. de longvliezen (borstvlies): pleuritis;
b. het hartzakje: pericarditis.
7. Nierafwijkingen
a. Eiwit in de urine; meer dan een halve gram per dag.
b. Celcilinders in de urine.
c. Bloedcellen in de urine.
8. Neurologische afwijkingen
a. Toevallen, waaraan geen andere oorzaak ten grondslag ligt.
b. Psychosen.
9. Stoornissen in het bloed
a. Haemolytische anaemie; afbraak van rode bloedcellen
b. Leukopenie: tekort aan witte bloedlichaampjes.
c. Lymfopenia: tekort aan lymfocyten.
d. Thrombopenie: tekort aan bloedplaatjes.
10. Immunologische afwijkingen
a. Positieve LE-celtest.
b. Antistoffen tegen DNA.
c. Antistoffen tegen Sm.
d. Vals positieve lues-reactie (syfilis).
11. Anti-nucleaire antistoffen
Aanwezigheid van anti-nucleaire antistoffen ANA of ANF (antistoffen gericht tegen celkernen) in een bepaalde hoeveelheid.
De combinatie van de in de ARA-criteria beschreven symptomen komt het meest voor bij patiënten met SLE. Er zijn veel andere symptomen die niet in de criteria zijn opgenomen. Iemand kan bijvoorbeeld Lupus hebben als alleen de nieren aangedaan zijn. Bij 90% van de Lupus patiënten kunnen in de loop der tijd meer criteria voorkomen. De lijst met ARA-criteria is geen lijst die gebruikt mag worden om de diagnose te stellen, maar voor artsen die zich bezig houden met onderzoek naar SLE, om hun patiënten met elkaar te kunnen vergelijken.