http://www.dierenartsonline.nl/fileadmi ... edicus.pdf
Daar staat oa;
Diagnose via liquor (hersenvocht) - het is noodzakelijk een liquorpunctie te doen:
De typische veranderingen daarin zijn het onomstotelijke
bewijs. (Celvermeerdering tot 500/3 cellen, EWvermeerdering
en Borrelia AK-bewijs).
Uitgebreid – chronische stadium
De hersenvocht afname moet altijd tegelijkertijd met een serologische AK bepaling - zo kom je tot een liquor/serumquotiënt.
Ook moet getracht worden de spirocheet in het liquor te kweken en altijd proberen via PCR het bewijs van Borrelia te krijgen daar een antilichamentest vaak (vals) negatief uitvalt!
Therapeutisch bij het syndroom Bannwarth moeten
antibiotica worden toegepast die in hersenvocht goed werken
als cephalosporinen van de 3de generatie (Rocephin = ceftriaxon zegt Annahan
Claforan voor minstens 30 dagen (vanwege de generatietijd
van Borrelia, die ongeveer 28 dagen bedragen kan). Het
pijnsyndroom kan bij een ontoereikende behandeling
chronisch worden.
---------------------------------------------------------------------------------------
Liquoronderzoek is vooral geïndiceerd
bij klinische verdenking op de volgende
ziektebeelden:
– Meningo-Neuritis symptomatologie
(Bannwarth): Obligaat
– Meningo-Encefalomyelitis: Obligaat
– Bij acute hersenzenuwuitval
(bijvoorbeeld gezichtsverlamming):
Vaak, maar niet obligaat
Bij een chronische persisterende Lyme-borreliose met neurologische
symptomen, volgens een bestaande encefalopathie* of encefalomyelopathie*
en/of mono- of polyneuropathie*, zijn de liquorbevindingen vaak onopvallend
of slechts zeer gering afwijkend van de norm.
Het moet nogmaals worden benadrukt dat pathologische liquorbevindingen
alleen dan te verwachten zijn als de Borrelia-geïnduceerde ontsteking op
het gebied van de hersenvliezen en/of in liquor aangrenzend zenuwweefsel
is gevestigd.
Een negatief liquoronderzoek kan een manifestatie van Lyme-borreliose
in het centraal zenuwstelsel dus niet uitsluiten.
De conclusie om een liquoronderzoek algemeen te verrichten wanneer het
neurologische symptomen tijdens de late fase van een Borrelia-infectie
betreft, is dus niet gerechtvaardigd.
De indicatie voor een liquoronderzoek moet in elk ziektegeval zorgvuldig
worden overwogen.
Voor de diagnostiek zijn de anamnese en de differentiaaldiagnostische
onderzoeken, de bestaande symptomen en klinische bevindingen
van cruciaal belang.
Het liquoronderzoek is daarbij slechts een laboratoriumdiagnostische
bouwsteen.
Aldus sprak;
Prof. Dr. med. Rüdiger von Baehr
Immunoloog en internist in Berlijn en woordvoerder
van de werkgroep labdiagnostiek in Berlijn